Gita Defoe

Orang-oetanweetjes

Orang-oetans zijn echte tuiniers van het bos. Door hun liefde voor fruit en de grote afstanden die ze dagelijks afleggen, verspreiden ze overal zaden. Zo draagt de bedreigde orang-oetan direct bij aan de rijkdom en diversiteit van het regenwoud. Wij vertellen je 10 dingen die je nog niet wist over de orang-oetan.

Adopteer

1. Er zijn 3 soorten orang-oetans

De Borneose orang-oetan, de Sumatraanse orang-oetan en de in 2017 nieuw ontdekte soort Tapanuli. Deze mensapen komen alleen in het wild voor op de eilanden Borneo en Sumatra. Volwassen mannetjes hebben een baard en snor. Volwassen Sumatraanse vrouwtjes hebben ook een baard. Alle 3 de orang-oetansoorten worden helaas ernstig bedreigd.

naturepl.com  / Anup Shah / WWF

2. Het zijn de grootste boombewoners op aarde

Orang-oetans leggen dagelijks enorme afstanden af zonder het bladerdak ooit te verlaten. Hun lichaam is hier perfect op aangepast. Zo hebben ze een armspanwijdte van maar liefst 2,2 meter. En hun voeten lijken eerder op een extra paar handen doordat hun grote tenen net zo kunnen bewegen als duimen.

naturepl.com  / Anup Shah / WWF

3. We hebben veel gemeen

Het DNA van orang-oetans komt voor 97 procent overeen met dat van de mens. In het Indonesisch betekent orang-oetan dan ook 'bosmens'. En in het gedrag zien we ook veel overeenkomsten met de mens. Ze zijn erg vindingrijk en maken bijvoorbeeld een paraplu om te schuilen voor de regen.

Fletcher & Baylis / WWF-Indonesia

4. Orang-oetans eten met hun handen én voeten

Net als wij hebben orang-oetans 4 vingers en een duim. Hun voeten zien er bijna precies hetzelfde uit als hun handen, ontworpen om behendig te klimmen en te grijpen.

Chris J Ratcliffe / WWF-UK

5. De moeders weten alles

Jonge orang-oetans blijven bij hun moeder tot ze ongeveer 7 jaar oud zijn. In die tijd leren ze alles van haar. Ook wat wel en niet goed is om te eten. Baby's zijn zo aan hun moeder gehecht dat ze op haar lichaam meeliften en in haar nest slapen totdat ze hun eigen vaardigheden hebben ontwikkeld om zelfstandig te overleven. Doordat de kinderen zo lang bij moeder blijven, krijgen orang-oetans slechts eens in de 7 tot 9 jaar jongen.

WWF

6. Mannetjes zijn majestueus

Een orang-oetanman krijgt wangflappen als hij baas wordt over een stuk bos. De flappen zijn het resultaat van hogere testosteronspiegels en lijken vrouwtjes aan te trekken. Mannetjes hebben ook een keelzak, die ze opblazen om minutenlang te brullen.

Maxime Aliaga / WWF

7. Ze maken elke dag 2 nesten om in te slapen

Eéntje voor ’s middags en ééntje voor 's nachts. Die maken ze in bomen. Bij het maken van het slaapnest gebruiken ze planten die insecten afstoten. Zo worden ze niet gestoken door vervelende beestjes. Bij nat weer voegen ze soms een dak toe. Wetenschappers tellen de nesten om zo in te kunnen schatten hoeveel orang-oetans in een bepaald gebied leven.

Harm Vriend / WWF

8. Sommige orang-oetans gebruiken gereedschap

Met die behendige handen en voeten doen orang-oetans ongelooflijke dingen. Net als andere mensapen gebruiken ze gereedschappen. Maar ze vissen niet alleen met stokjes naar termieten. Wist je dat ze ook handschoenen maken van bladeren wanneer ze stekelig fruit willen plukken? Of dat ze ontstekingsremmend plantensap smeren op hun wondjes?

Martin Harvey / WWF

9. Het zijn fruitliefhebbers

Orang-oetans eten voornamelijk fruit, zoals mango's, lychees en vijgen, maar ze voeden zich ook met jonge bladeren, bloemen, insecten en zelfs kleine zoogdieren. Hun lievelingsvrucht is de doerian. Een enorme, stekelige vrucht, die vooral bekend staat om zijn stank. De geur wordt ook wel eens vergeleken met rioolwater, rottend vlees en stinkende sokken. Smakelijk.

WWF-Malaysia / Edwin Matulin

10. Ze worden ernstig bedreigd

Naar schatting zijn er tussen 1999 en 2015 meer dan 100.000 Borneose orang-oetans omgekomen. Dit komt onder andere door het kappen van bomen in zijn leefgebied, bijvoorbeeld voor het winnen van palmolie. Het gebied waarin ze leven wordt steeds kleiner. Ze hebben juist enorme stukken bos nodig om voldoende voedsel en partners te vinden. Alleen al Borneo zal naar verwachting tussen 2010 en 2030 220.000 vierkante kilometer bos verliezen, dat is bijna 30 procent van het totale landoppervlak.