Mannetjes Afrikaanse savanne-olifanten kunnen 3 meter hoog worden en 6.000 kilo wegen! Deze imposante afmeting bereiken ze overigens pas rond 35 tot 40 jaar oud. In het wild worden olifanten 60 tot 70 jaar. Dat betekent dat ze er ruim de helft van hun leven over doen om zo groot te worden. En het zijn niet alleen de volwassenen die groot zijn. Bij de geboorte kan een babyolifant 120 kilo wegen.

Je kunt de 3 soorten van elkaar onderscheiden door de grootte van hun oren. De Afrikaanse olifant heeft de grootste oren. De Aziatische olifant heeft kleinere oren die de vorm van India lijken te hebben. Daarnaast zijn de Afrikaanse olifantsoorten de grootste en hebben ze slagtanden. Bij Aziatische olifanten is dit niet het geval, alleen bij sommige mannetjes. Ook zijn Aziatische olifanten een stuk kleiner.

De slurf van de olifant is een echte multitool. Een olifant ruikt, ademt, eet, drinkt en communiceert ermee. Het bevat maar liefst 150.000 spieren en kan tot 10 liter water in 1 keer opslurpen. Olifanten gebruiken het ook soms als snorkel tijdens het zwemmen.

Slagtanden zijn eigenlijk vergrote snijtanden die voor het eerst verschijnen wanneer olifanten ongeveer 2 jaar oud zijn. Ze blijven hun hele leven groeien. De tanden worden gebruikt om te helpen bij het eten, voor het loswrikken van boomschors of het uitgraven van wortels of als verdediging tijdens gevechten. Maar helaas vormen ze ook vaak een gevaar voor olifanten. Ze zijn gemaakt van ivoor; een gewild object voor stropers.

De huid is megadik, zo’n 2,5 centimeter. Ze beschermen zichzelf tegen zonnebrand door regelmatig stof- en modderbaden te nemen. De plooien en rimpels in hun huid kunnen tot wel 10 keer meer water vasthouden dan een platte huid, wat helpt om af te koelen.

Deze dikhuiden eten constant. Dat moet ook wel, want ze moeten zo’n 150 kilo voedsel per dag binnenkrijgen. Olifanten eten grassen, bladeren, struiken, fruit en wortels, afhankelijk van het seizoen en hun leefgebied. Wanneer het bijzonder droog is, eten olifanten meer houtachtige delen van bomen en struiken, zoals twijgjes, takken en schors.

Olifanten communiceren op heel veel verschillende manieren met elkaar. Door te trompetteren, via lichaamstaal, aanrakingen en geur. Ook gebruiken ze seismische signalen. Met diepe geluiden veroorzaken ze trillingen in de grond die andere olifanten via hun botten kunnen waarnemen.

Olifantenkalfjes kunnen al binnen 20 minuten na hun geboorte staan en binnen een uur lopen. Na 2 dagen lopen ze met de kudde mee. Deze overlevingstechniek zorgt ervoor dat de olifantenkuddes kunnen blijven lopen om op zoek te gaan naar voedsel en water.

Een olifant vergeet nooit. De temporale kwab van een olifant (het hersengebied dat met geheugen te maken heeft) is groter en dichter dan die van een mens. 

Het aantal Afrikaanse olifanten is in 100 jaar tijd maar liefst met 90 procent afgenomen. Dat komt vooral door stroperij. Ook Aziatische olifanten worden ernstig bedreigd. Hun aantallen zijn in 75 jaar tijd met minstens 50 procent afgenomen door verlies van leefgebied.