Ben je op zoek naar iets om te doen rond je huis? Dan hebben we een leuke tip: een tuinsafari! Ga op avontuur in je eigen tuin en ontdek allerlei planten, dieren en sporen. Ook als je geen (grote) tuin hebt kun je meedoen. Bijvoorbeeld bij de heg naast je voordeur, een bloemenperkje of een park in de buurt.

Vier safaritips voordat je begint:

1. Veiligheid voor jezelf

   Als je op een korte afstand ingespannen naar wilde dieren of planten aan het kijken bent, kun je makkelijk vergeten wat er om je heen gebeurt. Ook al ben je in een omgeving die je goed kent. Bedenk altijd dat er misschien planten om je heen zijn die je beter niet kan aanraken, plekken waar je je handen niet kan neerzetten of bijvoorbeeld auto’s en fietsers die langsrijden als je op straat of in een park bent.

2. Veiligheid voor planten en dieren
   Veel van wat je gaat bekijken is erg klein. Als je dichtbij planten en dieren komt en ze aanraakt kunnen ze beschadigen, dus denk na voordat je iets aanraakt. Bij planten is het prima om bladeren opzij te duwen, als je tenminste zeker weet dat die plant niet giftig is. Maar zorg dat je niks afbreekt, want de plant en dieren die erin leven gebruiken de bladeren. Insecten kun je oppakken, maar doe dat niet met je handen. Je kunt ze pijn doen zonder dat je doorhebt hoe klein het diertje is en hoe sterk jij bent. Met een glazen potje kun je insecten makkelijk oppakken en goed bekijken. Heb je geen potje? Dan kun je ook een blad van een plant gebruiken.
   
   
3. Alles van dichtbij bekijken
   Hoe bekend je ook bent in je tuin of andere omgeving, iets van dichtbij bekijken geeft een heel ander perspectief. Zoom in op een plant of dier, bekijk ‘m steeds van nog een beetje dichterbij en je zult versteld staan van wat je ziet.
   
   
4. Onder planten, stenen of objecten zoeken
   Veel dieren verstoppen zich om niet gevonden te worden door andere dieren die ze op willen eten. Kleine diertjes kunnen ook in hun winterslaap zijn, of ze vinden een donkere, vochtige plek een fijne omgeving om te leven. Dus kijk goed onder bladeren, stenen of objecten om dieren te vinden.

Twee manieren

Je kunt de safari op twee manier doen: met pen en papier, of digitaal met de WWF-Seek-app die je kunt downloaden. De app helpt bij het identificeren van planten, dieren en schimmels in hun omgeving. Je ziet welke soorten eerder in de buurt zijn waargenomen en je kunt ook exemplaren fotograferen. De app waarschuwt je ook als er iets gevaarlijks om je heen is, maar dat zal in Nederland niet veel voorkomen. Als je de gegevens van jouw vondst in je app uploadt, dan komen ze in een wereldwijde database terecht waar wetenschappers in kijken.

Benieuwd hoe jij voor nog meer wilde dieren en planten in je tuin kunt zorgen? Lees de duurzame tuiniertips.

Veel plezier op je tuinsafari!